Waar men in den lande nog wel eens sombert over de toekomst van de aloude, traditionele uitvaartvereniging, in Bantega draagt men dit culturele erfgoed een warm hart toe. Bantega ligt In het uiterste puntje in het zuidoosten van Fryslân. Een dorp met 650 inwoners en superactief.
door Ria Algra
“We hebben een welig tierend verenigingsleven. Ik zeg weleens, we hebben hier alles, behalve een visvereniging.” Aan het woord is Lute van der Bijl, penningmeester van een van die bloeiende clubs, uitvaartvereniging Bantega. Met circa 500 leden, een aantal dat Van der Bijl vrij stabiel noemt, is de vereniging naast bloeiend ook professioneel. Dat wordt onderstreept met de Nardus Norm, een predicaat dat ze nu krap een half jaar voeren. De Nardus Norm is de professionaliteitsmaatstaf voor de uitvaartverenigingen die lid zijn van Nardus, samenwerkende uitvaartorganisaties.
De uitvaartvereniging gedijt goed in het dorp, echter achterover leunen is er niet bij. Van der Bijl: “We moeten zichtbaar zijn en de mienskipsgedachte stimuleren. Dat doen we vanuit onze dienstverlening. Die is heel wezenlijk. Als iemand overlijdt, dan komt er heel veel op je af en is er in korte tijd veel te regelen. Daarvoor doen we een beroep op de uitvaartverzorgers Henk en Baukje Stoeten-Boersma. Zo borgen we kwaliteit. Bovendien hebben we met hen scherpe tarieven afgesproken. Op de uitvaartnota vertaalt zich dit, naast de royale ledenkorting, in een welkome financiële meevaller.”
De vereniging laat het daar niet bij. Zo wordt er voor de jaarvergaderingen vaak een spreker uitgenodigd voor een presentatie van een onderwerp dat de uitvaartwereld raakt. De leden waarderen deze initiatieven, wat uit de opkomst afgelezen mag worden.
Van der Bijl: “De laatste jaren organiseren we ook een lichtjesavond op de begraafplaats. Wie dat wil kan dan een kaarsje op het graf van een geliefde zetten. Zo’n 35 tot 40 mensen maken gebruik van die gelegenheid. Eenvoudig, maar waardevol.”
Professionaliteit in het licht van de Nardus Norm uit zich niet louter in enthousiasme naar buiten; daarmee zit het in Bantega zeker goed. Intern moet uiteraard ook alles op orde zijn. Als penningmeester weet Van der Bijl daar alles van. Over het wel en wee moeten de leden altijd goed geïnformeerd worden. Daar gaan ze nog beter invulling aan geven, onder andere met een jaarverslag nieuwe stijl.
Wensen blijven er natuurlijk altijd. Zo is de gemeente nu bezig met een urnenmuur op de begraafplaats. “Wat wij daarnaast graag willen is een monument voor gestorven kinderen. Daar maken we ons sterk voor,” zegt de penningmeester die de toekomst voor de vereniging tot slot als ‘positief’ schetst. “Alleen voor het bordje moeten we nog een plekje vinden. Maar dat komt.”
